De nieuwe Huisvestingswet gaat uit van het principe van vrije vestiging. Je hoeft als gemeente dan ook geen Huisvestingsverordening te maken, maar Barneveld doet dat geheel begrijpelijk en terecht wel. Als er sprake is van schaarste en verdringing dan mag er volgens de wet in de wet ook lokaal maatwerk worden ingezet voor een bepaald percentage van de sociale huurvoorraad. Uit het onderzoeksrapport van Companen over vraag en aanbod van sociale huurwoningen blijkt dat er een tekort is aan sociale huurwoningen in de gemeente Barneveld (met name in de dorpen zoals Terschuur, Stroe, KWB).
Het CDA is er voorstander van om het lokale maatwerk – de mogelijkheid om woningen bij voorrang toe te wijzen aan lokaal woningzoekenden – zo optimaal mogelijk in te zetten.
Er zijn weinig verhuizingen in de sociale huurwoningen. Hangt er overigens wel vanaf wat je zoekt. Zo komt een eengezinswoning in Barneveld gemiddeld maar 1 keer in de 25 jaar vrij. Appartementen zonder lift 1 keer in de 4 jaar. Gemiddeld komen er jaarlijks dus een zeer beperkt aantal sociale huurwoningen beschikbaar voor nieuwe woningzoekenden (zo’n 250 p/j). Daarvan gaat een deel naar huishoudens met een urgentie zoals mensen met een beperking, mensen die hun huis uit moeten vanwege sloop of renovatie, naar mantelzorgers en naar de vluchtelingen. Door alle onrust in de wereld groeit deze groep erg hard de laatste tijd. Alles bij elkaar gaat het om serieuze aantallen – in 2013 al zo’n 20% van alle toegewezen woningen en dat wordt alleen maar meer – waardoor een beperkte aantallen overblijven voor de regulier woningzoekenden.
De fractie van het CDA vraagt dus aan het college om er alles aan te doen om creatief en onorthodox aan de slag te gaan om extra woonruimten te creëren voor 1 en 2 persoons huishoudens (jonge starters, vluchtelingen) om daarmee de druk op de reguliere voorraad sociale huurwoningen te verminderen.
Aardig voorbeeld uit de krant van vandaag (zie knipsel uit Breda): tijdelijke woningen voor kleine huishoudens. Hiermee haal je de druk af van de reguliere woningvoorraad. We hebben genoeg grond om dergelijke woningen te plaatsen denkt het CDA.
Een ander manier om meer beweging te krijgen is het toevoegen van extra sociale huurwoningen (zeker i.c.m. lokaal maatwerk). Daar is de komende jaren echter maar mondjesmaat in voorzien blijkt uit het WBP. Het CDA vindt het aandeel sociale huur in het WBP de komende jaren simpelweg te laag. En dit wordt nog versterkt door de verkopen van sociale huurwoningen door de Woningstichting die nodig zijn om weer nieuwe te kunnen bouwen. Nu dit opnieuw wordt aangetoond in het rapport van Companen doen wij opnieuw een sterk appel op het college en de Woningstichting om de programma’s voor de komende jaren waar enigszins mogelijk nog te herzien/herprogrammeren en het aandeel sociaal omhoog te trekken.
De Huisvestingsverordening is dus nog steeds nodig en de nieuwe zit wat onze fractie betreft goed in elkaar. Zolang dit instrument nodig is zal het CDA hiervoor stemmen.
